Sap maken

Uitvoering

Stap 1: Pak de pers van het dienblad en zet hem voor je.

Stap 2: Pak een helft van de sinaasappel en leg hem op de pers.

Stap 3: Ga staan

Stap 4: Pers de sinaasappelhelft uit met een ronddraaiende beweging

Stap 5: Kijk naar de helft? Vraag je hardop af? “Zit er nog meer sap in?”

ja: herhaal stap 4

nee: ga door met stap 6

Stap 6: Leg de sinaasappel helft terug op het schoteltje.

Stap 7: Voer stap 4 t/m 6 uit met de andere sinaasappelhelft

Stap 8: Haal het dekseltje van de pers en leg hem op het schoteltje

Stap 9: Pak het glas

Stap 10: Schenk vol aandacht het sap in het glas

Stap 11: Zet de pers terug op het dienblad.

Stap 11: Ga er echt voor zitten en drink het sap op. Zoek contact met het kind. Wees hardop trots op jezelf met een tekst als “mmm… lekker. 

Dat heb ik goed gedaan”.

Stap 12: Zet het glas op het dienblad.

Stap 13. Loop met het dienblad naar de afwasplek en zet het daar neer.

Stap 14. Pak de schoonmaakset en maak de tafel schoon (volgens de activiteit “schoonmaken’)

Stap 15. Ga naar de afwasplek en was het af (volgens de activiteit “afwassen”)

Voorwaarden

Het is handig als jouw peuter de volgende activiteiten al beheerst:

– Tafel schoonmaken

– Afwassen

– Schenken

 

Voorbereiding 

Zorg voor een dienblad met daarop:

– een sinaasappelpers

– doorgesneden sinaasappel (liefst op een schoteltje)

– glaasje

 

Controle van de fout?

ja: 

– er komt sap uit of niet

– het sap komt in de beker terecht of niet

 

Differentiatie (andere manier om het makkelijker of moeilijker te maken)

1.) Je kunt persen met een elektrische pers (laat een peuter dit nooit zonder toezicht doen).

2.) Je kunt leren te persen met een handpers met hendel. Dit is wel een stuk lastiger en vaak ontbreekt het jonge kinderen nog aan kracht hiervoor. 

 

Wat jouw kind automatisch leert hierdoor: 

 

Motoriek

  • Fijne motoriek (draaien/schenken) combineren met grote motoriek (staan en kracht geven)

Schoolse vaardigheden

  • Begrijpen en uitvoeren van instructie(s)
  • Begrijpen wat wordt verteld
  • Vergelijken op inhoud
  • Ervaring opdoen met inhouden vullen, overgieten en leegmaken (bijv. vullen/legen van flessen, bekers en emmers met zand en water; vullen van dozen met blokken)
  • Ervaring opdoen met begrippen rond inhoud zoals vol/voller, leeg/leger, veel/meer/meest(e), weinig/minder/minst(e), evenveel, genoeg
  •  

Executieve functies

  • Reactie (of respons)-inhibitie
  • Werkgeheugen
  • Volgehouden aandacht
  • Planning/prioritering
  • Doelgericht doorzettingsvermogen
  • Metacognitie
  •  

Inspiratie van het internet